In mijn eerdere blog concludeerde ik dat taakdifferentiatie in potentie een echte ‘gamechanger’ is. Ik heb betoogd dat taakdifferentiatie momentum biedt om als veiligheidsregio stappen te gaan maken in het toekomstbestendig inrichten van de repressieve brandweerzorg. In deze vijfde en tevens laatste blog van onze serie over taakdifferentiatie ga ik in op de vraag welke impact taakdifferentiatie gaat hebben en hoe je hier als veiligheidsregio op kunt anticiperen.
De denkrichting die is aangeboden aan de nieuwe minister van Justitie en Veiligheid (JenV), gaat uit van een aantal principes. Nog even in het kort:
Dat dit impact gaat hebben, staat buiten kijf. Waar het precies gaat schuren, zal moeten blijken. Ervan uitgaande dat de huidige denkrichting gesteund wordt door de nieuwe minister van JenV, heeft dit in ieder geval impact op de volgende gebieden:
Als adviseur kan ik het niet laten om mee te denken hoe je als veiligheidsregio kunt anticiperen op de komende veranderingen. Hierbij ben ik me er van bewust dat de impact – en dus ook de oplossingsrichtingen – uiteindelijk verschillend zijn per regio. Er is daarom niet een kant-en-klare oplossing of een ‘7-stappenplan naar een succesvolle implementatie van taakdifferentiatie’. Wel benoem ik graag een aantal haakjes die rond het gesprek over de gevolgen van taakdifferentiatie zeker aan bod zouden moeten komen.
1. Ontwikkel een integrale en toekomstgerichte ambitie. In de adviespraktijk van alle dag valt het me vaak op dat de repressieve brandweerzorg in Nederland een systeem is met veel afhankelijkheid en samenhang. Verander je iets op één onderdeel dan werkt dit door in het hele systeem. Tegelijkertijd kom ik nog steeds veel plannen en visies tegen die sec gaan over óf huisvesting, óf repressie óf vakbekwaamheid. Of plannen die alleen hoog-over duiden wat de samenhang is tussen de verschillende taakvelden en waar niemand echt op tegen kan zijn. Maar dus ook weinig richtinggevend zijn... Met de opgave die nu voorligt, is deze manier van werken slechts een doekje voor het bloeden. Ik ben ervan overtuigd dat regio’s een ambitie moeten formuleren die richting gaat geven én tegelijkertijd houvast biedt om de organisatie door deze fase van transitie heen te begeleiden. Waarin ook de grote dossiers (die ik in mijn vorige blog benoemd hebt) een volwaardige plek gaan krijgen. Alleen met deze ambitie kan het draagvlak voor vernieuwing dat er nu is bij veel bestuurders en ook medewerkers daadwerkelijk voor langere tijd bestendigd worden. En dat is geen luxe, maar absolute voorwaarde om de weg naar vernieuwing in te slaan.
Ik ben ervan overtuigd dat regio’s een ambitie moeten formuleren die richting gaat geven én tegelijkertijd houvast biedt om de organisatie door deze fase van transitie heen te begeleiden.
2. Investeer in slimmer opleiden en oefenen. Zoals eerder benoemd voorzie ik de komende jaren een flinke druk op het opleiden en oefenen. Dit daagt de vakbekwaamheidsafdelingen uit om qua ontwikkeltempo te versnellen. Afgelopen jaren heb ik als adviseur een bijdrage mogen leveren bij veel regio’s in het professionaliseren van het vakbekwaam worden en blijven: de branchestandaarden zijn in de plaats gekomen van de leidraad oefenen, het begrip ‘aantoonbare vakbekwaamheid’ krijgt steeds meer vorm en inhoud én het digitaal / online leren raakt steeds meer ingeburgerd (geholpen door de COVID-19 crisis). Toch denk ik dat deze stappen onvoldoende zijn om de impact van taakdifferentiatie op te vangen. Meer creativiteit én effectiviteit is nodig. Ik zie hiervoor allerlei kansen en mogelijkheden. Ik noem er een paar:
3. Zet in op herontwerp en verduurzaming van huisvesting. Veel regio’s stoeien al sinds de regionalisering met hun huisvesting: kazernes die qua dekking eigenlijk op de verkeerde plek staan en kazernes die na verschuiving van personeel grotendeels leeg staan. Taakdifferentiatie zal deze onbalans waarschijnlijk verder versterken. Tegelijkertijd zijn er veel kazernes in Nederland die inmiddels aan grootschalige renovatie of nieuwbouw toe zijn. Taakdifferentiatie biedt momentum om door te pakken op deze huisvestingsvraagstukken én om een nieuwe, meer duurzame koers in te zetten. Advante is inmiddels betrokken bij verschillende trajecten waarbij de repressieve brandweerzorg op een nieuwe manier wordt ontworpen. Gelukkig ook van scratch af aan. Welke repressieve modellen zijn mogelijk (ook passend binnen de kaders van taakdifferentiatie en rekening houdend met hoe de brandweerzorg historisch is ontstaan en gegroeid)? En wat betekent dit voor de spreiding van materieel en de positionering van kazernes? Voor ons bieden deze projecten uitgelezen kansen om onze ambities op het gebied van duurzaamheid concreet te maken in de vorm van:
Met deze en de eerder gepubliceerde blogs hebben we met veel plezier vanuit verschillende perspectieven bijgedragen aan verrijking van het debat rond taakdifferentiatie. We hopen dat het ‘progressive insights’ heeft opgeleverd die aanzetten tot actie. Nieuwsgierig naar de hele blogserie? Klik dan hier. Als adviespartner denken en werken we graag mee bij het toekomstbestendig inrichten van de (repressieve) brandweerzorg in Nederland. Benieuwd hoe we waarde toevoegen? Ik kom graag in contact!
Jan Kees is als organisatieadviseur van Advante inmiddels ruim 12 jaar betrokken bij allerlei inrichtings- en verandervraagstukken, voornamelijk in het veiligheidsregio- en brandweer domein. Hij doet dat met veel energie, nieuwsgierigheid en overtuigingskracht. Sinds 2019 combineert hij de rol van organisatieadviseur met het leiding geven aan het team van adviseurs van Advante.
Deze website gebruikt cookies. Door gebruik te maken van deze website, geef je aan akkoord te zijn met het gebruik van cookies. Lees meer